Jaarcijferseizoen grote bedrijven barst los: wat kun je verwachten?

22 januari 2019 Uit Door admin

Het Nederlandse jaarcijferseizoen gaat deze week echt los. Toonaangevende ondernemingen, veelal internationaal opererend in allerlei markten, openen de boeken over de achterliggende maanden. Chipmachinemaker en wereldleider ASML uit Veldhoven verricht woensdagochtend de aftrap.

Voor veel bedrijven was 2018 een heel goed jaar qua omzet en winst, met veel groei, werk, uitbreiding en beursgangen. Maar richting de herfst begint het overal wat minder te lopen. Oplopende handelsspanningen, brexit, geopolitieke en sociale fricties vreten de economische groei en expansie aan. China dieselt minder. Veel bedrijven ondervinden er last van, van staal tot verf, van transport tot supermarkt, van gezondheidstechnologie tot consumentenelektronica, van olie tot shampoo, van tech tot baksteen.

De beurzen zijn van zomerse hoogten afgedaald naar meer winterse nivo’s. De verwachtingen dat de bedrijfsresultaten de komende tijd eerder zullen afnemen dan toenemen is in de voorbije maanden al voor een deel vertaald in lagere aandelenkoersen. Dus niet alleen de cijfers van wat geweest is, zijn boeiend, maar vooral wat bedrijven verwachten voor dit jaar: de blik voorwaarts is belangrijker dan achterom kijken. Het wordt een mengelmoes van klinkende cijfers en zorgelijke geluiden.

Verkoudheid

Het IMF heeft aan de vooravond van het World Economisch Forum in Davos de economische ramingen van de wereldeconomie vooral naar beneden bijgesteld. De wereldeconomie loopt terug, in Europa hier en daar zelfs verontrustend. De handelsoorlogen die de VS, China en de EU momenteel voeren zetten een rem op de groei van betrokkenen, al helemaal als de conflicten niet bijgelegd worden.

Duitsland, onze belangrijkste handelspartner, kachelt zelfs een half procentpunt achteruit door gehakkel in de auto- en machine-industrie. En als Duitsland hoest, loopt Nederland al snel een verkoudheid op. De december-groeiraming van het CPB van 2,2 procent zou weleens een stuk lager kunnen uitvallen.

Voor het Verenigd Koninkrijk gaat het IMF vooralsnog maar even uit van een zachte brexit met een gelijkblijvende groei, een no-deal heeft een zware impact.

Op z’n gat

De shutdown in de VS die nu al een maand duurt kost ook groei, naar verluidt minstens 0,1 procentpunt voor elke week, dus inmiddels al een half procentpunt. De gesloten overheidsloketten bezorgen steeds meer bedrijven problemen. Toezicht, vergunningverleningen, controle, alles ligt zo’n beetje op z’n gat.

Toeleveranciers van de overheid raken omzet kwijt. Er wordt minder gereden en gevlogen wat bijvoorbeeld luchtvaartmaatschappijen geld kost. Delta Air Lines raamt het inkomstenverlies nu al op 25 miljoen dollar. De stilstand treft ook de consumenten. Huishoudens geven minder uit, want 800.000 overheidsdienaren werken niet en krijgen geen salaris, wat weer winkels en bedrijven raakt. Als de overheid nog weken dicht blijft kan de kwartaalgroei weleens met 2 procent afgeschaafd worden, economische schade die moeilijk ingelopen kan worden.

Een paar bedrijven lieten voor de cijferregen losbarstte al weten dat de omzet of winst lager uitpakt. Apple schroefde de omzetverwachting met miljarden omlaag. Reden: minder groei in China en de handelsoorlog met de VS. Er worden minder iPhones verkocht en tegen lagere prijzen.

Sinds een week gaan overal de boeken open. In de VS waren dat vorige week al de grote banken en zakenbanken, zoals Citigroup, JPMorgan Chase, Wells Fargo, Morgan Stanley en Goldman Sachs. Samengevat rolde er best veel winst uit, zoals een recordjaarwinst van JPMorgan Chase van 32,5 miljard dollar, maar de internationale handelsspanningen en de erosie op de financiële markten beginnen wel te knagen.

De Franse bank Société Générale waarschuwde voor tegenvallende cijfers door de malaise en turbulentie in de beurshandel. In Europa verzucht de grote Zwitserse Bank UBS over de opgestoken tegenwind. De handelsspanningen en geopolitiek onrust leggen druk op de resultaten.

Schril contrast

De economische terugloop zit ook tussen de oren van de bestuursvoorzitters. Een op de drie Nederlandse bestuursvoorzitters verwacht krimp van de economie, een op drie rekent op een beetje groei, wat de helft minder is dan vorig jaar, en de rest weet het niet, zo blijkt uit een onderzoek van accountants- en adviesbureau PwC. Als grootste zorgen noemen de bedrijfsleiders de geopolitieke onzekerheid, het gebrek van vakmensen, handelsconflicten en de cyberbedreigingen.

Het pessimisme staat in schril contrast met het optimisme van een jaar geleden, ook al kan er in een jaar heel veel gebeuren, ook ten goede.