Afghaanse vrouwen: ‘Wij willen niet terug naar Afghanistan’
28 februari 2019“Het was de meest donkere tijd in het leven van vrouwen. Kort gezegd was het een hel op aarde.” Forozan Rasooli heeft het over de tijd dat de Taliban aan de macht waren in Afghanistan, van 1996 tot 2001. Het was voor vrouwen verboden om te studeren, te werken of om zonder mannelijk familielid of boerka de straat op te gaan.
De Verenigde Staten staan na een oorlog van ruim 17 jaar op het punt alle troepen uit het land terug te trekken. Nu de voorwaarden hiervoor besproken worden met de Taliban, is er angst dat Afghaanse vrouwen hun grondwettelijke gelijkheid en vrijheden weer zullen verliezen.
#AfghanWomenWillNotGoBack, twitterde Rasooli daarom meer dan eens in de afgelopen weken. De campagne met deze hashtag werd eind januari in reactie op het vredesproces gelanceerd door het Afghan Women’s Network. Ruim 3500 Afghaanse vrouwen van 125 organisaties door het hele land zijn daarbij aangesloten. Ook Equality for Peace and Democracy, een organisatie voor vrouwen en jeugd in Kabul waar Rasooli plaatsvervangend directeur van is, is erbij.
Slachtoffer van de vrede
“Natuurlijk willen vrouwen vrede, aangezien ook vrouwen het slachtoffer van oorlog zijn”, zegt Rasooli, die de afgelopen week voor een congres van Aziatische vrouwen in de Indiase hoofdstad New Delhi was. “Maar wij willen niet het slachtoffer van de vrede zijn.”
Zoals het er nu naar uitziet, is er een kans dat dit wel gebeurt. De Taliban zijn akkoord met de belangrijkste voorwaarde van de Verenigde Staten: dat ze nooit meer internationale terroristen zullen toestaan vanuit het land aanslagen te plannen. “De Verenigde Staten zeggen dat zaken als mensenrechten en vrouwenrechten vervolgens binnen Afghanistan besproken moet worden”, schrijft Ghazaal Habibyar, een voormalig onderminister in de Afghaanse regering. “Maar zonder de steun van de Verenigde Staten is de overheid misschien niet in staat te verdedigen wat de afgelopen 17 jaar is opgebouwd. Afghaanse vrouwen voelen zich belazerd.”
De Verenigde Staten hebben ook twee andere voorwaarden voorgesteld: een staakt-het-vuren en een garantie dat de Taliban vervolgens rechtstreeks met de Afghaanse overheid zullen onderhandelen over mogelijke regeringsdeelname.
Maar de organisatie, die in een groot deel van het land veel macht heeft verworven, lijkt niet bereid hier beloftes over te doen voordat de Amerikanen zijn vertrokken. “Zolang er buitenlandse troepen zijn, is een staakt-het-vuren onmogelijk”, zegt Taliban-woordvoerder Zabihullah Mujahid over de telefoon. “Kabul doet enkel wat de VS zegt, het is nutteloos om met hen te onderhandelen. We zijn nu alleen bezig met het eindigen van de strijd met de VS, en daarna komen we wel terug op interne zaken.”
Verbroken beloftes
De VS zal de troepen hoe dan ook willen terugtrekken, zegt Afghanistan-deskundige Shubhangi Pandey van de Indiase onderzoeksorganisatie ORF. En al doet de Taliban beloftes, dan betekent dat volgens haar nog niet dat ze die gaan nakomen. “Ze hebben wel vaker beloftes verbroken.” Ze beschrijft de huidige situatie als een patstelling waarbij de Taliban net wat sterker staan. De uitkomst van het huidige proces kan volgens haar niet anders zijn dan dat de Taliban de boventoon gaan voeren in een verdeling van de macht, als ze de macht al niet volledig naar zich toe zullen trekken.
De Taliban hebben naar schatting 70 procent van Afghanistan gedeeltelijk onder hun controle. Farhat Shahad, een weduwe uit de stad Ghazni, vluchtte om die reden naar India. “Er is veel Taliban in Ghazni”, vertelt ze vanuit haar huis in Delhi. “Het leven voor een vrouw alleen was er heel moeilijk. Ik werd lastiggevallen door een man van de Taliban, die wilde dat ik opnieuw zou trouwen. Hij zorgde ervoor dat anderen mij ook lastigvielen. Ik kon daar niet meer wonen.”
Wat betreft vrouwenrechten, mochten ze formeel aan de macht komen, doen de Taliban nauwelijks beloftes. “Het is ons doel de islamitische wet in te voeren”, zegt Mujahid. “We accepteren de rechten van vrouwen, ook om te studeren en werken, zolang het is toegestaan volgens de islamitische wet.”
Deze belofte, die Talibanleiders ook deden tijdens een vredescongres in Moskou begin deze maand, is wat Rasooli betreft veel te vaag. “Ik vertrouw de Taliban totaal niet”, zegt ze. “Ze interpreteren de islam en de islamitische wet op hun eigen manier. Misschien zullen ze studeren toestaan, maar op wat voor scholen, en tot welk niveau? Wij willen geen restricties. Beloftes moeten specifiek zijn.”
Rasooli is teleurgesteld in de haast waarmee de VS de troepen wil terugtrekken, zonder vrouwenrechten op de agenda te zetten. “De VS gaf ons hoop. Er is vanuit de internationale gemeenschap zoveel geld in ons geïnvesteerd. Nu heerst er stilte.”
Om vrouwenrechten op de agenda te krijgen, pleit het Afghan Women’s Network (AWN) voor actieve deelname van vrouwen aan het vredesproces. Met #AfghanWomenWillNotGoBack zijn door heel het land vrouwen gemobiliseerd, en niet alleen via Twitter. Overal zijn bijeenkomsten georganiseerd en suggesties voor vrede uit alle regio’s en sociale klassen zijn genoteerd. Vier februari publiceerde de groep een agenda met zes punten, waaronder de eis dat meer vrouwen worden uitgenodigd voor een actieve rol aan de onderhandelingstafel.
“Wij geloven dat een vrede die de rechten, vrijheden en vooruitgang van vrouwen bedreigt niet duurzaam zal zijn”, zegt Roshan Mashal, netwerkmanager van AWN. “Restricties van vrouwenrechten, ook tijdelijke, in naam van vrede en veiligheid zou voor ons absoluut onacceptabel zijn.”
Dit artikel is tot stand gekomen met medewerking van Abdur Rauf Yusufzai en Mohammad Ali Hakimyar.